Na de Provinciale Statenverkiezingen in maart 2023 zullen alle Statenleden in Nederland hun maandelijkse vergoeding zien stijgen met 16 procent. Dat heeft de minister van Binnenlandse Zaken, Hanke Bruins Slot (CDA), bepaald namens het kabinet. Volgens Bruins Slot ervaren Statenleden al jarenlang hun vergoeding als te laag, en is dit een belangrijke reden waarom maar liefst 50 tot 60 procent van alle Statenleden na elke periode afhaakt.
“Leden van Provinciale Staten en de algemeen besturen van de waterschappen vervullen een belangrijke rol in ons democratisch bestel. De vergoeding van deze leden sloot niet meer goed aan bij de zwaarte van de taken die deze volksvertegenwoordigers vervullen. Met deze verhoging verstevigen we hun positie en daarmee de democratie", aldus de minister in een reactie.
De Statenleden zullen met de nieuwe verhoging bijna 1900 euro per maand verdienen. Gemiddeld besteden ze zo'n 26 uur per week aan hun werk. Hoewel veel Statenleden blij zijn met de aangekondigde verhoging, is het Overijsselse PVV-Statenlid Joeri Pool niet erover te spreken. Hij noemde het vorig jaar nog "zakkenvullerij".
Dit lichtte hij op de volgende manier toe: "Het is onvoorstelbaar. Terwijl een steeds groter deel van onze bevolking in Overijssel in een steeds grotere armoede wordt gestort, gaat volgend jaar de vergoeding voor Statenleden met 16 procent omhoog. En waarom is dat? Dat komt doordat politici die verantwoordelijk zijn voor de lange rijen bij de Voedselbank, en voor het feit dat gezinnen niet meer de energierekening kunnen betalen, en voor het feit dat daklozen hier in Zwolle op straat slapen, dat die politici afgelopen jaren campagne hebben gevoerd voor een hoger salaris. En dan niet voor de leraar, de zorgmedewerker, of ons OV-personeel - nee, voor zichzelf."
Hij vervolgt: "De PVV schaamt zich daarvoor kapot. Wij staan hier dan ook vandaag om ons uit te spreken tegen deze zakkenvullerij. Wij verwachten van alle Statenleden met een beetje fatsoen dat zij dat vandaag ook doen. Want politici in dit land zijn wel de laatsten die recht hebben op meer geld."
Inmiddels is dus bekend geworden dat het niet om 16 maar om 42 procent gaat.