Kamervragen over opheldering omtrent chatcontroleplan Europese Commissie
Nieuw Sociaal Contract (NSC) en GroenLinks-PvdA willen van minister Van Weel van Justitie en Veiligheid duidelijkheid over de terugkeer van het onderwerp chatcontrole op de Europese agenda. Kamerleden Six-Dijkstra (NSC) en Kathmann (GroenLinks-PvdA) hebben hierover Kamervragen gesteld. Zij willen weten wat het standpunt van het kabinet is over chatcontrole en maatregelen die end-to-end encryptie verzwakken of omzeilen.
Het idee om alle chatberichten van burgers te controleren, kwam een aantal jaar geleden van de Europese Commissie. Hoewel het Europees Parlement destijds een eigen voorstel indiende dat versleutelde diensten zoals WhatsApp en Signal uitzonderde, blijft er kritiek bestaan op de voorstellen. Eind juni wilde België, toenmalig voorzitter van de EU, een stemming in de Raad over een nieuw plan voor chatcontrole organiseren. Dit plan, genaamd "upload moderation", zou hoogrisicovolle chatdiensten verplichten om overheidssoftware te installeren die alle berichten van gebruikers inspecteert. Gebruikers die niet akkoord gaan, zouden geen foto's, video's en links meer kunnen versturen. Door gebrek aan steun werd de stemming uitgesteld.
Deze week stond de kwestie weer op de agenda van de Raad van de Europese Unie. Six-Dijkstra en Kathmann willen van minister Van Weel weten wanneer het voorstel opnieuw besproken en in stemming gebracht zal worden. Daarnaast eisen ze opheldering over hoe het kabinetsstandpunt zich verhoudt tot het recht op privacy en het telecommunicatiegeheim, zoals vastgelegd in de Grondwet.
De Kamerleden wijzen op een uitspraak van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens, waarin wordt gesteld dat wetten die chatdiensten verplichten om toegang tot versleutelde data te geven niet proportioneel zijn en ongeschikt voor een democratische samenleving. Ze willen weten hoe het kabinet omgaat met deze uitspraak en of het proportionaliteitsbeginsel wordt gerespecteerd in de chatcontroleplannen.