Nederlandse krijgsmacht maakt zich op voor crisisinzet

De Nederlandse krijgsmacht moet zich versneld voorbereiden op een mogelijke inzet. Dat staat in een uitzonderlijke dagorder van generaal Onno Eichelsheim, commandant der strijdkrachten, die gisteren is verstuurd aan alle 76.000 medewerkers van Defensie. Militairen en burgerpersoneel worden opgeroepen om direct hun persoonlijke paraatheid op orde te brengen.
In de interne boodschap benadrukt Eichelsheim dat de situatie geen aanleiding is tot paniek, maar dat snelheid nu geboden is. 'Ik weet dat versneld gereedstellen veel vraagt. Maar het is nodig. We komen van ver, maar ik zie en voel ook de motivatie en urgentie in de krijgsmacht. De juiste mindset is er. En we doen Dagorder Commandant der Strijdkrachten Generaal Onno Eichelsheim 9 april 2025 dit samen. Ook de Bestuurs- en Defensiestaf ondersteunen voor een hogere gereedheid van eenheden op korte termijn', stelt hij. Militairen moeten hun basisvaardigheden opfrissen en controleren of medische zaken, zoals vaccinaties, in orde zijn.
Daarnaast moeten alle eenheden zo snel mogelijk worden getraind en op operationeel niveau gebracht. Dat betekent intensieve oefensessies voor personeel, meer militaire activiteit in het openbaar en een zichtbaarder leger in het straatbeeld.
Hoewel de Russische dreiging volgens de commandant niet ineens is toegenomen, vindt hij dat Defensie sneller kan handelen dan tot nu toe werd aangenomen. De dagorder is bedoeld om die urgentie binnen de organisatie scherp te krijgen. Volgens hem is deze stap nodig om in een veranderend geopolitiek landschap niet verrast te worden.
Een dagorder wordt binnen Defensie slechts bij hoge uitzondering verspreid. Het is een instrument voor speciale mededelingen en wordt zelden ingezet. Dat onderstreept het gewicht van deze oproep. Voor burgers betekent dit dat ze de komende tijd vaker militairen zullen zien, onder meer tijdens transporten en trainingsmissies. Defensie wil beter voorbereid zijn op plotselinge inzet en legt de nadruk op snelheid en paraatheid.