Halsema valt Faber aan op uitzetting asielzoeker

De twaalfjarige Mikael, geboren in een Nederlands asielzoekerscentrum, moet van de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) terug naar Armenië. De Amsterdamse burgemeester Femke Halsema beschuldigt Asielminister Marjolein Faber ervan dat zij de casus makkelijk kan oplossen. De regels die dit mogelijk zouden maken zijn echter al in 2019 veranderd.
Mikaels moeder kwam in 2010 naar Nederland en kreeg geen verblijfsvergunning. Meerdere rechters bepaalden later dat Mikael geen recht heeft op het Kinderpardon. De reden: moeder en kind hadden zich een tijd aan toezicht onttrokken.
Vorig jaar kwamen de advocaten van Mikael met een nieuw punt. De vader van het jongetje woont namelijk wél legaal in Nederland en kan voor hem zorgen. Maar de IND wees ook dit argument af. De uitzetting komt daardoor dichterbij.
Halsema noemt afwijzing ‘hardvochtig en treurig’
De zaak zorgt opnieuw voor ophef. Burgemeester Femke Halsema mengt zich openlijk in de discussie. Zij vindt dat asielminister Faber (PVV) had kunnen ingrijpen: ‘De minister kan altijd uitzonderingen maken voor schrijnende gevallen, maar het is duidelijk dat er geen enkele wil is om dat te doen.’ Halsema noemt de beslissing van de IND ‘ongelooflijk hardvochtig en treurig’.
Toch klopt haar verwijt niet helemaal met de huidige regels. Sinds 2019 ligt de macht om uitzonderingen te maken niet meer bij de minister, maar bij de top van de IND.
Minister mag niet meer ingrijpen
In een eerdere reactie op Kamervragen schreef minister Faber: ‘Deze bevoegdheid is gemandateerd aan de directeur-generaal van de IND, met de nadrukkelijke intentie om tot een ambtelijke afdoening te komen.’ Deze verandering kwam na de veelbesproken zaak van Lili en Howick. Sindsdien mag de minister niet meer persoonlijk beslissen over schrijnende gevallen.
De IND bevestigt dat: ‘Bij een ‘schrijnende situatie’ kan de directeur-generaal van de IND er voor kiezen toch een verblijfsvergunning te verlenen, ondanks dat iemand daar volgens de ‘normale’ regels geen recht op heeft.’ Maar dit geldt alleen bij een eerste asielaanvraag. De IND voegt toe: ‘Hiermee wordt ontmoedigd dat mensen procedures ‘stapelen’ na een eerste afwijzing.’
Andere gezinnen zoeken toevlucht in kerken
De zaak doet denken aan de Oezbeekse familie Babayants. Die verblijft al elf jaar in Nederland en kreeg ook geen asiel. Twee van de kinderen zijn nooit in Oezbekistan geweest. Om uitzetting te voorkomen, zit het gezin nu in een kerk in Kampen.