Deugdethiek als antwoord op een stuurloos Nederland

In het vorige essay werd duidelijk dat de technocratische bestuurscultuur die de afgelopen decennia in Nederland dominant was, geleid heeft tot een ontzieling van het publieke debat en een onbetrouwbare overheid. Toch is een alternatieve benadering voorhanden. Hierin staan niet technocratische argumenten centraal, maar waarden en politieke deugden. Dit deugdethische perspectief is met de verkiezingen op 29 oktober cruciaal, omdat Nederland voor meerdere grote problemen staat op het gebied van asiel, stikstof, wonen en een betrouwbare overheid. Harde keuzes zijn vereist en deze vragen om praktische wijsheid, rechtvaardigheid, moed en matigheid.
Allereerst is een fundamenteel andere kijk op politiek noodzakelijk. Essentieel is daarom dat we afstappen van het idee dat de maatschappij volledig ‘maakbaar’ is. Hierdoor hebben politici zich te lang laten sturen door objectieve top-down oplossingen, waarin efficiëntie en effectiviteit zwaarder wogen dan mensen en waarden. Daarentegen gaat politiek om het beheren van een gedeelde en historisch gegroeide orde. Binnen deze orde worden onder meer geschiedenis, taal en instituties gedeeld. In de politiek dienen naast belangen, ook vooral waarden voortdurend te worden gewogen. Het algemeen belang neemt hierin een centrale rol in, omdat mensen gemeenschapswezens zijn en politiek een gemeenschappelijke praktijk is. Op deze wijze kan politiek weer een moreel proces worden, waarin waarden een belangrijke rol spelen in het publieke debat. Politiek afschilderen als ‘neutraal’ of ‘onvermijdelijk’ is daarom misleidend, omdat deze altijd normatief is.
























































