De BEM werd opgericht in 2009 en vertegenwoordigt volgens eigen zeggen 450 bedrijven. Samen zijn zij goed voor meer dan 100 miljard euro omzet. Ongeveer een miljoen werknemers zouden via dit netwerk verbonden zijn aan de organisatie. Het gaat om fabrikanten als Mitsubishi en Kia, maar ook om energiebedrijven, IT-firma’s en consultants. Vooral op het gebied van laadpalen had de BEM een sterke positie. Ook politiek was de organisatie zichtbaar. ‘Een parlementaire adviesraad’ met politici van De Groenen en de CDU maakte deel uit van de publieke activiteiten van de BEM.

Interne spanningen
Achter de schermen rommelde het al langer. Een jaar geleden moest oprichter en voorzitter Kurt Sigl vertrekken. Volgens media ging dit gepaard met ‘interne machtstrijd en ruzies over de toekomstige koers’ van de organisatie. Bestuurslid Markus Emmert, die ook leiding geeft aan de BEM-Akademie, wil vooralsnog niet reageren op het faillissement.

Problemen in de sector
De ondergang van de BEM maakt volgens kenners duidelijk dat de problemen in de elektrische auto-industrie groter zijn dan vaak wordt voorgesteld. Hoewel het aantal nieuwe elektrische auto’s in april toenam tot 45.500 in Duitsland, een stijging van 54 procent vergeleken met een jaar eerder, komt die groei vooral door zakelijke leaserijders.

Particulieren kopen nauwelijks nog elektrische auto's. De vraag wordt kunstmatig hoog gehouden door kortingen. ‘De gemiddelde korting in april was al 16,7 procent’, zegt auto-expert Ferdinand Dudenhöffer tegenover Junge Freiheit. ‘Dat is veel meer dan aan het begin van het jaar.’

Ook politiek is de situatie onzeker. Sinds de afschaffing van de ‘Umweltbonus’ ontbreekt een belangrijke prikkel voor kopers. Veel betrokken bedrijven hopen nu op nieuwe steun van de Duitse regering.